De AED van de gezamenlijke sportverenigingen op de Lille hangt centraal in het stenen gebouwtje tussen de twee voetbalvelden (het ballenhok). Boven de deur het bordje AED. In onze tenniskantine hangt een A4 met het AED-teken uitleg en de sleutel in een plastic hoesje. De leden die een sleutel van de kantine hebben worden daarom verzocht deze bij zich te hebben wanneer zij aanwezig zijn op de club.
Een AED bedienen is één, maar meteen handelen is nog veel voornamer.
Zo moet er wanneer er geen hartslag is direct gereanimeerd worden.
Wat is een AED?
AED staat voor Automatische Externe Defibrillator. Een AED is een apparaat waarmee men een elektrische schok aan het hart kan toedienen indien er sprake is van een levensbedreigende circulatiestilstand. Deze schok is een soort ‘reset’ van het hart. Na de schok zijn alle hartspiercellen als het ware weer gelijk geschakeld en moet het hart weer gewoon gaan pompen. Door het gebruik van een AED vergroten de overlevingskansen aanzienlijk.
Hoe werkt een AED?
Het apparaat bevat 2 elektroden die op de ontblote borstkas van het slachtoffer geplakt moeten worden. Een AED analyseert het hartritme zodra de elektroden aangesloten zijn. Daarna geeft het apparaat gesproken opdrachten aan de hulpverlener. Het apparaat vertelt precies wat hij moet doen, namelijk: óf doorgaan met reanimeren; óf een elektrische schok toedienen. De stroom wordt (met de AED die hangt in het ballenhok) automatisch aan het hart toegediend. Het fibrilleren zal hierdoor stoppen en het hart krijgt de kans zelf weer een normaal ritme op te bouwen.
Wat is het verschil tussen reanimeren en defibrilleren met een AED?
Reanimeren is het geven van borstcompressie (hartmassage) en mond-op-mond beademing en is nodig om: de bloedsomloop en de ademhaling over te nemen; de hersenfunctie veilig te stellen; het hart voor te bereiden op een elektrische schok (defibrilleren); de tijd te overbruggen tot de AED er is of de ambulance arriveert. Bij een hartstilstand wordt altijd gestart met reanimeren. Nadat de AED aangesloten is, volgt de hulpverlener de opdrachten van de AED. De AED analyseert het hartritme. Daarna geeft het apparaat aan of een elektrische schok nodig is of dat de hulpverleners door moeten gaan met reanimeren.
Wat is het nut van een AED?
Een AED vergroot de overlevingskansen van een slachtoffer met een levensbedreigende circulatiestilstand aanzienlijk. Hoe eerder de reanimatie (hartmassage en beademen) en defibrillatie bij een slachtoffer worden toegepast, des te groter de overlevingskans. Indien binnen 2 minuten een burgerhulpverlener met de AED de eerste stroomstoot toedient, stijgt de overlevingskans tot 80%. De kans op overleven daalt met ca. 10% per minuut als defibrilleren wordt uitgesteld. Het is dus van belang om meteen te beginnen met handelen!
AED-training
Iedereen in Nederland mag een AED bedienen. Een AED-training is wel aan te raden, aangezien dit de overlevingskans van het slachtoffer ten goede komt.
Voor meer informatie kun je terecht op http://www.ehbovessem.nl/contact of bij de voorzitter van de EHBO vereniging, Eric Oosterbosch. (0497 – 33 67 55 / s.v.p. na 18.00 uur)